Op 1 augustus 2025 sprak het Hof van Justitie van de EU zich uit in een Finse merkenzaak tussen snoepfabrikanten Lunapark en Hardeco (zaak C-452/24). De vraag: kan een merkhouder het recht om op te treden verliezen ten aanzien van een concurrent die een niet-ingeschreven merk gebruikt, door te lang stilzitten?
Dracula bijt zich naar het Hof van Justitie: rechtsverwerking of niet?
Lunapark bezit sinds 2009 het geregistreerde merk DRACULA voor snoep. In 2020 stapte zij naar de rechter om Hardeco het gebruik van die naam te verbieden. Hardeco had kort daarvoor Karkkimies overgenomen, een bedrijf dat al jaren snoepjes onder DRACULA verkocht zonder het als merk te registreren.
Hardeco verdedigde zich door te stellen dat er sprake was van rechtsverwerking. Concreet: Lunapark had al zodanig lang niets ondernomen t.a.v. het gebruik van DRACULA, dat zij dit nu dus ook niet meer kan. Dit op basis van een algemeen Fins rechtsbeginsel: wie te lang stilzit, verliest zijn recht om op te treden. Volgens dat nationale beginsel kan stilzitten leiden tot verlies van rechten om op te treden tegen een welbepaald teken ongeacht of dit teken als merk is geregistreerd of niet.
De Finse rechter volgde dit standpunt.
Lunapark ging echter tegen deze beslissing in beroep en wees erop dat het Finse beginsel niet kon worden toegepast, omdat het in strijd zou zijn met de Europese Merkenrichtlijn. De Europese Merkenrichtlijn (2015/2436) kent rechtsverwerking namelijk enkel maar in één specifiek geval: als de merkhouder vijf jaar bewust het gebruik van een later ingeschreven merk gedoogt (artikelen 9 en 18).
De beroepsrechter legde de kwestie voor aan het Hof van Justitie.
Geen rechtsverwerking volgens het Hof
Het Hof van Justitie maakte korte metten met de Finse benadering. Artikel 10 van de Merkenrichtlijn harmoniseert de rechten van merkhouders binnen de EU volledig. Lidstaten mogen geen aanvullende gronden invoeren voor rechtsverwerking buiten de in de richtlijn genoemde gevallen.
Met andere woorden: stilzitten tegenover een niet-ingeschreven merk kan niet leiden tot verlies van het recht om op te treden. De Merkenrichtlijn is hierin duidelijk: rechtsverwerking kan alleen als de merkhouder vijf jaar bewust het gebruik van een later ingeschreven merk heeft gedoogd. Voor niet-ingeschreven merken bestaat er geen dergelijke termijn.
Waarom is dit nu belangrijk?
Deze uitspraak laat zien hoe belangrijk een merkregistratie blijft:
- Voor wie een bepaald teken gebruikt: indien dit teken niet als merk wordt geregistreerd, wordt het risico gelopen dat iemand anders dat teken later wel als merk kan registreren. Vervolgens zou u als eerste gebruiker – potentieel – een verbod kunnen worden opgelegd om dat teken te blijven gebruiken.
- Voor wie zelf reeds een geregistreerd merk bezit: op basis van uw merkregistratie kan u in principe dus steeds optreden tegen ongeregistreerd gebruik van gelijkaardige of identieke tekens, zelfs bij lang stilzitten. Uiteraard blijft het wel steeds aangewezen om van zodra u kennis krijgt van een potentiële inbreuk, hier zo snel mogelijk tegen op te treden.
De zaak illustreert bovendien hoe EU-recht soms haaks staat op diepgewortelde nationale beginselen, zoals het Finse rechtsbeginsel van rechtsverwerking. Europese harmonisatie wint hier duidelijk van nationaal recht.
Praktische tips voor merkgebruikers!
Wij kunnen u adviseren en begeleiden bij elke stap in uw merkenstrategie:
- Registreer uw merk tijdig. Alleen zo geniet u de volledige bescherming van de Merkenrichtlijn.
- Controleer de beschikbaarheid van merken voordat u ze gaat gebruiken.
- Documenteer inbreuken. Ook al zit u stil, bij niet-ingeschreven gebruik verliest u uw recht niet – maar bewijs blijft belangrijk.
- Let op bij overnames. Neem geen merkinbreuk “mee” zonder gedegen due diligence.
- Ken het verschil. Nationale rechtsbeginselen bestaan, maar EU-merkenrecht gaat voor.
Contacteer ons gerust via ons contactformulier of plan onmiddellijk een afspraak in!